28 mei 2024 –
In deze reeks interviews laten we de samenwerkingspartijen van HealthTech in Society aan het woord. Deze aflevering spreken we Paul Haarman, projectleider zorginnovatie bij Carinova. De regionale zorgorganisatie op het gebied van thuiszorg, woonzorg, huishoudelijke hulp en mantelzorgondersteuning werkt aan zorginnovaties in de praktijk. ‘’Zorgtechnologie is geen heilige graal die al onze gezondheidsproblemen gaat oplossen, maar kan zeker bijdragen aan het toegankelijker maken van zorg.’’
Wat doen jullie op het gebied van zorginnovatie?
‘’Zorginnovatie betekent voor ons dat we anders kijken naar het bieden van zorg en de organisatie daarvan. Dit hoeft niet hetzelfde te zijn als zorgtechnologie. Wij werken aan projecten waarbij we zorg anders proberen te regelen en in te richten. Zo werken we samen met Deventer Ziekenhuis aan het naar huis brengen van hartfalen-zorg: in plaats van dat patiënten één keer in de drie of vier weken naar de polikliniek moeten, kunnen zij vanuit huis hun metingen doen met hulp van de thuiszorgverpleegkundige. Deze verpleegkundige heeft korte lijnen met de verpleegkundig specialist en de cardiologen in het ziekenhuis. Op deze manier kunnen we zorg dichterbij mensen organiseren, zodat zij minder worden belast. Dit is een mooi voorbeeld van zorginnovatie.’’
Op welke manier staat de cliënt hierbij centraal?
‘’We werken vanuit het concept van Positieve Gezondheid. Door aan te sluiten bij wat mensen nog zelf kunnen en hen te voorzien van de juiste handvaten, kunnen we ervoor zorgen dat ze langer hun eigen regie behouden. Als je alleen maar benoemt wat je niet meer kunt omdat je ziek bent, dan ga je je ook slechter voelen. Door te benadrukken wat iemand nog wél allemaal kan, voelt iemand zich ook beter.
Daarom werken we volgens het ‘denken in vijf stappen’, een model met vijf stappen. Bij de intake van een nieuwe cliënt en bij de evaluatie van de zorgplannen staat de cliënt centraal. De eerste vraag is: ‘wat kun je allemaal nog zelf?’. Daarna wordt gekeken naar de zorgvraag en welke hulpmiddelen nodig zijn. Hulpmiddelen kunnen bijvoorbeeld rollators zijn, maar ook Compaan, waarmee je kunt beeldbellen, of een automatische medicijn-dispenser. Als deze middelen niet werken, kijken we naar hulp door een mantelzorger of de sociale omgeving en daarna naar voorzieningen binnen het sociale domein. Als laatste wordt gekeken welke zorg precies nodig is. Dus in plaats van direct vanuit zorg te denken, proberen we mensen te ondersteunen bij wat ze zelf of samen nog kunnen doen.’’